Nieuws -
‘Kabinet, laat (jeugd)ggz niet verder onder druk komen: investeer in mentale gezondheid’
Patiënten, naasten, psychologen, psychiaters en ggz-instellingen vinden het zorgelijk dat het nieuwe kabinet weinig aandacht lijkt te hebben voor de grote uitdagingen in de geestelijke gezondheidszorg. Ondanks herhaalde oproepen van organisaties zoals de NVvP, MIND, de Nederlandse ggz en NIP blijft de geestelijke gezondheidszorg onderbelicht. In de Troonrede is de mentale gezondheid niet genoemd en in het regeerprogramma staan geen concrete beleidsvoornemens. We zien geen impuls in preventie om mentale problemen te voorkomen.
MIND, de Nederlandse ggz, NVvP en NIP maken zich grote zorgen over de mentale gezondheid van jongeren. In de Troonrede worden jongeren niet eens genoemd. Vorig jaar had 1 op de 5 jongeren te maken met mentale problemen. Investeren in de mentale gezondheid van de jeugd is cruciaal om te voorkomen dat hun problemen escaleren, waarmee hun welzijn onnodig verslechtert en ze op latere leeftijd zwaardere zorg nodig hebben. We vinden het onbegrijpelijk dat het kabinet geen concrete plannen aankondigt voor deze groep en willen over jeugd ggz en andere problemen graag met de staatssecretaris in gesprek.
Bovendien zien de patiënten, naasten, psychologen, psychiaters en ggz-instellingen met grote zorg dat er niet meer geld wordt uitgetrokken voor preventie, maar dat er juist op wordt bezuinigd. Kabinet-Schoof stelt in het regeerprogramma dat mentale gezondheid terug zal komen in een nog nader te bepalen ‘preventiestrategie’, maar de middelen lijken deze boodschap niet te ondersteunen en plannen zijn nog onuitgewerkt. Preventie is essentieel om te voorkomen dat steeds meer mensen een beroep moeten doen op de ggz. Door deze bezuinigingen neemt de druk op de geestelijke gezondheidszorg verder toe, terwijl de vraag naar zorg en ondersteuning blijft groeien.
Het kabinet toont ook geen urgentie om de bijna 100.000 mensen die wachten op ggz-zorg te helpen. Het aanpakken van deze wachtlijsten zou een prioriteit moeten zijn, maar er is geen zicht op verbetering voor deze groep. Het waarborgen van voldoende behandelplekken en het behouden en opleiden van zorgpersoneel en het voorkomen van sluiting van hoog-specialistische zorg vinden wij nog niet terug in het regeerprogramma. Ook maakt het kabinet geen extra middelen vrij voor het oplossen van het personeelstekort, een urgent probleem dat de ggz het hardste treft van alle sectoren in Nederland. Hoewel er wordt gesproken over investeringen in technologie en AI om dit tekort aan te pakken, ontbreekt een daadwerkelijke financiële impuls.
We zijn wel blij dat de minister twintig procent van de administratieve lasten wil terugdringen, zodat meer capaciteit vrijkomt om mensen te behandelen, de reden dat ggz-professionals dit vak hebben gekozen, en hopen dat ze hierin slaagt.
De ggz-sector werkt zelf ook hard aan het verkorten van de wachttijden. Onder andere door het inzetten van digitale en hybride vormen van zorgverlening. Eind dit jaar kunnen mensen met mentale problemen in bijna alle regio’s een verkennend gesprek krijgen, waarin samen met hen wordt gekeken of ggz-zorg nodig is of dat andere hulp beter past. De patiënt moet hierin centraal staan en het patiënt- en naastenperspectief en ervaringskennis moeten altijd betrokken worden. Hiermee hopen we te voorkomen dat mensen onnodig de ggz in stromen. Soms is bijvoorbeeld schuldhulpverlening of een andere vorm van ondersteuning vanuit het sociaal domein meer passend. Uiteraard is het voor deze aanpak cruciaal dat het sociaal domein voldoende gefinancierd wordt en blijft, evenals de huisvesting specifiek voor mensen die uitstromen uit de ggz.
Politieke steun is nodig om deze initiatieven te laten slagen. MIND, de Nederlandse ggz, NVvP en NIP roepen het kabinet op om te investeren in mentale gezondheid, zorgmedewerkers en een duurzaam zorgstelsel dat ruimte biedt voor innovatie en preventie.
Bekijk ook